Nieuw pakketpunt

NIEUW PAKKETPUNT

Het was een zonnige dag. Ik zat rustig te werken achter mijn grijs geverfde bureau, op mijn zolderkamer. Mijn laptopscherm werd verblind door de inkomende zonnestralen. Ik werkte aan een nieuw jurkje in het online design programma CLO 3D. Mijn jurkje stond gepresenteerd op mijn avatar. Ik sneed met de cut-tool een deel van het jurkje af, hierdoor kwam hij ongeveer tot de knie. Ik klikte op mijn stoffenpallet. Ik koos voor een linnenstof. Het werd immers zomer. Daarna scrolde ik met het pijltje van mijn muis over mijn kleurenpallet. Al mijn lievelingskleuren kwamen naar voren: geel, roze, helderblauw en groen. Ik klikte op de helderblauwe kleur en zag hoe het jurkje tot leven kwam. Dit was perfect.

Ondertussen keek ik steeds met een schuin oog naar mijn zwarte Iphone, die naast mijn grijze laptop lag. Ik beet aan mijn nagel. Ik wachtte namelijk al de hele dag – zeer ongeduldig –  op een pakketje van Zalando. Ik had gele blokhakken besteld, perfect voor bij mijn jurkje. Ik wilde dit jurkje namelijk aan op het feestje van mijn oom, dat binnenkort zou plaatsvinden.

De gehele dag stond mijn Ring Video Doorbell-app open. Ik keek door de camera naar de voordeur. De grijze stenen glinsterden in het zonlicht en de roze fuchsia’s waaiden heen en weer door de frisse wind. Er kwam steeds een schaduw van auto’s in beeld. Maar geen bezorger voor de deur. Ondertussen werkte ik verder aan mijn jurkje.

Mijn telefoon lichtte op. Ik kreeg een e-mail van DHL. ‘’Helaas, we hebben u gemist’’, stond er geschreven.

‘’Wat?’’, schreeuwde de stem in mijn hoofd.

Ik ben de hele dag thuis geweest. Ik kon ook nergens heen, want de corona-pandemie was net uitgebarsten.

Ik scrolde naar beneden in de e-mail.

‘’Je pakket is bezorgd op nummer 52.’’

‘’NUMMER 52?’’, riep ik hard.

Ik woonde zelf op nummer 6. Dat lag dus vrij ver uit elkaar.

Ik liep in de brandende zon door de straat naar nummer 52. Er stond een witte auto voor de deur. Er stond in zwarte letters ‘Yarden’ op geschreven. Op hetzelfde moment kwamen er twee mannen naar buiten. De mannen waren van middelbare leeftijd en droegen een zwart gilet met een zwarte pantalon. De oudere vrouw met grijs haar en een bloemenjurkje bedankte de mannen voor al hun goede zorgen. Ze zwaaide de mannen uit met haar gerimpelde handen en haar uitgezakte armen. Ik keek naar de nummers naast de deur om te kijken of dit écht nummer 52 was.

Er kwam een bruine teckel door de houten, versleten, witte voordeur naar buiten gerend. Hij rende op mij af. Zijn staart kwispelde heen en weer.

‘’Oh kind, kom je je pakketje ophalen?’’, vroeg ze op een onwijs lieve toon.

‘’Dat klopt inderdaad! Het is een pakketje van Zalando’’, zei ik.

‘’Dan moet je zelf maar even kijken lieverd. Er staan hier zoveel pakketjes.’’

Ik keek de gang in, dwars door de bruine, oude tussendeur heen. Ik verstijfde. In de woonkamer zag ik een man liggen op een wit, opgemaakt bed. Ik deed alsof ik het niet zag en wendde snel mijn blik af naar de pakketjes. Er stond een hele stapel.

‘’Zijn al deze pakketjes bij u bezorgd?’’, vroeg ik.

Ze vertelde dat de bezorger geen tijd had om alle pakketjes bij de mensen af te leveren. Dus de bezorger had gevraagd of hij de pakketjes bij haar mocht afleveren. Dat vond ze blijkbaar goed.

Ze stond naast de hele stapel pakketjes te zoeken naar mijn pakketje. Ze leunde half tegen de kapstok aan, die vol hing met jassen en tassen. Onder de kapstok stond een groot schoenenrek die helemaal vol was gepropt met schoenen in allerlei vormen, soorten en maten.

Ik stond nog voor de drempel van de voordeur. Door corona durfde ik niet binnen te komen. Ik vroeg of er iets met haar man was gebeurd. De mevrouw zat aan de onderkant van de trap. Ze hijgde door het zoeken van de pakketjes. Ze vertelde dat hij was overleden aan corona en dat hij net opgebaard was. Ze vertelde van alles over hem. Hoe fijn hun leven samen was tot de mooiste vakanties. Helaas was het nu zijn tijd om te gaan. Het voelde bijna alsof ik bij mijn oma voor de deur stond.

Na twintig minuten vroeg de mevrouw paniekerig wat ze eigenlijk aan moest op de begrafenis. Het zou heel warm worden en de winkels waren dicht. Ik opperde op een jurkje voor haar te maken. Ik had het toch niet heel druk.

Ik pakte mijn telefoon uit mijn broekzak. Ik liet foto’s zien van mijn blauwe, linnen jurkje. Wellicht dat dit iets voor haar was. Haar witte tanden kwamen tevoorschijn. Haar glimlach kon niet groter. Ze vond het jurkje helemaal geweldig.

‘’Ook perfect tot op de knie’’, zei ze.

Ik heb nog nooit iemand zo dankbaar en blij gezien. Haar helderblauwe ogen sprongen bijna uit haar gezicht. Er gleed een traan langs haar bruine, gerimpelde wang. Ze veegde hem snel weg.

‘’Kind, hoe kan ik je ooit bedanken?’’, zei ze.

Ik kreeg zo’n warm gevoel van binnen. Daardoor besefte ik ook dat het leven niet draait niet om de mooiste schoenen, de nieuwste technologieën of het gezeur om een pakketje dat straten verderop is afgeleverd. Het zijn de kleine dingen die mijn leven zo groots maken.

Ik dacht na over mijn dag. Ik was de hele dag bezig met mijn pakketje. Ik had niet bewust genoten van het moment dat de zon op mijn gezicht brandde of het jurkje dat – in mijn ogen – perfect was. Elke dag heeft zoveel magische momenten. Ik wil hier vaker bij stilstaan. Het enige wat we immers werkelijk hebben, is het nu.

Ik liep een uur later, dankbaar en voldaan, naar huis. Ik gooide mijn pakket bij thuiskomst gelijk op de stoel. Zo belangrijk is het allemaal niet, dacht ik.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *