Vrouwen aan het roer, sceptisch geloer

Het zijn nog steeds de mannen die veelvuldig de top bereiken.

Als ambitieuze werkende vrouw de top bereiken. Als ambitieuze werkende vrouw financieel onafhankelijk worden. Maar ook als ambitieuze werkende vrouw vaak worden weggelachen als ambities de wereld in worden geslingerd. Het vormt een merendeel van het grote contrast dat er bestaat tussen de gedachtegang van de man en de vrouw. Als zelfs mannelijke politici zich negatief uiten over vrouwenemancipatie, met een nadruk op het carrièreperspectief, dan kunnen we pijnlijk stellen dat individuele vrijheden nog steeds keihard worden belemmerd. Tijd voor tegengas, tijd voor feiten. Hoe kunnen vrouwen zich van de subtop naar de top bewegen?

Auteur: Daphne Kroeze

Hoofdstuk 1: Balanceren als een koorddanseres

“Moet je je kinderen niet van de opvang halen?”, vroeg de manager van mijn tante Yvonne toen ze bezig was met het afronden van een harde deadline. Yvonne lacht als ze er weer aan terugdenkt. “Wat lief dat je me daaraan herinnert. Maar, had je mij dit gevraagd als ik een man was geweest?”, vroeg ze vervolgens. Ze grinnikt hoofdschuddend. “Je had zijn hoofd moeten zien. Het was duidelijk dat ik de juiste snaar raakte.”

Yvonne is mijn lievelingstante. Maar doordat zij hard aan de weg timmerde om het hoogst haalbare uit haar carrière te halen, zag ik haar niet veel. Net zoals mijn ouders. Mijn moeder gaf lezingen over farmaceutische behandelingen, mijn vader heeft een grote naam in de bouwsector en deed veel observaties en onderzoeken buiten ons kikkerlandje. Daardoor verbleef ik, net als de zoon en dochter van Yvonne, vaak bij mijn opa en oma. Al met al kom ik uit een ambitieuze familie. Als ik na schooltijd eens een vriendinnetje wilde meenemen naar huis, was het niet mijn moeder die toestemming gaf, maar mijn oma. Ik werd daar weleens raar voor aangekeken, zelfs door volwassenen. Het was én is schrijnend om op te merken dat er een groot gat zit tussen de man en de vrouw. De wereld waarin we leven is niet meer zoals de wereld waarin onze grootouders opgroeiden. Het is niet meer de wereld waarin een carrière opbouwen ontstellend moeilijk is. Het is wél een wereld waarin de vrouw vaak blijft steken binnen de subtop, terwijl de top wordt geambieerd. We krijgen als vrouw tegenwoordig vaker een stoel aan de grote tafel, maar de loonkloof blijft. We krijgen tegenwoordig best respect, maar worden daarna gauw geassocieerd met te vriendelijk en te zorgzaam. Het resultaat? Een vicieuze cirkel waarbij de man minder vertrouwen in de vrouw heeft als het gaat om het leiden van grote bedrijven of belangrijke projecten.

Nog even terug naar mijn tante en mijn moeder. Ik scheer ze over dezelfde kam. Allebei enorm ambitieus en verslaafd aan hun werk. Omstanders dachten altijd dat ik het maar moeilijk had vroeger. Mijn ouders die elkaar afwisselden thuis en als de nood hoog was sliep ik bij mijn opa en oma. Niet om mijn ouders de hemel in te prijzen, maar ik heb geen last van hun tomeloze ambities gehad. Het was vooral mijn moeder die bergen kritiek kreeg. Als ze weer eens in de file stond en wist dat ze de crèche niet ging halen, vroeg ze mijn oma of de buurvrouw. Dan werd ze door haar omgeving neergezet als de ontaarde moeder. Had mijn vader gebeld, dan was hij de hardwerkende, actieve vader geweest.

Ik ben trots, met name op mijn moeder. Mijn ouders gingen uiteindelijk uit elkaar. Wat restte? Mijn moeder die niet afhankelijk was van de alimentatie van mijn vader. Mijn moeder die de eindjes niet aan elkaar hoefde te knopen. Mijn moeder die naam had gemaakt binnen het bedrijf waarin ze werkte. Maar waar ze wel balanceerde als een koorddanseres. Ze had haar plekje veroverd en kon een stap hogerop maken. Hard werken en dromen najagen werden beloond. Dacht ze. Maar zodra ze daarvoor uitkwam, werd ze uitgemaakt voor iemand die het te hoog in haar bol had. Voor iemand die het wel even dacht aan te kunnen. Achter haar ambities werden vraagtekens gezet. Haar besluitvaardigheid bleek een teken van hoogmoed. Plots was het haar leidinggevende Martijn die een collega van mijn moeder promotie gaf. Een mannelijke collega. “Hij doet zijn werk uitstekend. We kunnen niet uitgaan van jouw toevalstreffer”, waren zijn woorden.

Ik ben razend benieuwd hoe dit wereldje in elkaar steekt. Ook ik heb namelijk het ambitieuze DNA van mijn ouders; genoeg is vaak nét niet genoeg. Door een opleiding te volgen tot mediaprofessional hoop ik te kunnen bereiken waar ik ’s ochtends vaak mee wakker word: kick ass, streven naar het beste en een topvrouw worden. Waarin weet ik nog niet goed, maar het topvrouwenwereldje trekt mijn aandacht.

Het is tijd om niet alleen mijn tante en moeder over dezelfde kam te scheren, maar ook de man en de vrouw. Tijd om vrouwen niet meer te laten balanceren als een koorddanseres, maar haar de stabiliteit te bieden om uit te groeien tot een topvrouw op de werkvloer. Want dát is de toekomst.

Dit is een recente podcast die dieper ingaat op het combineren van een topfunctie en het moederschap. Voor moeders en moeders in spé een eyeopener die laat zien dat kinderen vaak ook als drijfveer kunnen fungeren voor een (nog) betere carrière en toekomst. Professors Danna Greenberg en Jamie Ladge delen hun advies en ervaringen over ‘The Upside of Working Motherhood’.

Hoofdstuk 2: Van subtop naar top

“Wij vrouwen kunnen ons zo goed verstoppen en tegelijkertijd hopen we toch gezien te worden”

Om een beter beeld te krijgen van wat onder andere de drijfveren zijn van topvrouwen interviewde ik Tanja Lendzion (48), topvrouw in de bouw. Als algemeen directeur bij het bedrijf Van der Heide en als businesslijndirecteur Bouw en Installaties bij Antea Group, belandde ze op plaats 27 van de Top 50 Topvrouwen in de Bouw. Een enorme prestatie voor iemand die twintig jaar geleden met slechts honderd gulden en een Duits loodgietersdiploma arriveerde op station Eindhoven. Tanja had één doel: zichzelf verder ontwikkelen in de wereld van techniek.

Aan het begin van ons gesprek vertelt Tanja dat ze last heeft van inpakstress. Ze gaat op een welverdiende vakantie. Een vakantie waarvan een week wordt besteed aan het goede doel. “Ik ga de Alpe d’Huez op fietsen voor het KWF-kankerbestrijdingsfonds. Na een jaar trainen en geld inzamelen ben ik er klaar voor.” Wielrennen is een van Tanja’s hobby’s, maar daarover later meer. Ik vond het intrigerend om te horen dat Tanja haar weg binnen de technische sector omhoog vond als felbegeerd topvrouw. Zo nieuwsgierig als ik was begon ik ons gesprek over haar jongere jaren en de keuze voor het vak.

Topvrouw worden is niet niks. Al helemaal niet in een sector die vaak wordt bestempeld als mannelijk. Zit techniek in je genen?
“Ik heb het gevoel van wel. Van kleins af aan trok ik al sneller toe naar het repareren van fietsen en liet ik het spelen met poppen achterwege. Ik kom uit een vrouwenhuishouden, mijn vader was de enige man thuis. Koken en naaien stonden altijd bovenaan, maar dat trok mijn aandacht niet. Ik wilde altijd liever met mijn vader knutselen aan de auto of racefietsen. Dat heeft er onder andere ook voor gezorgd dat ik vrij vroeg al wist dat ik de technische kant op wilde. Ik raak gewoon gefascineerd door schroeven, bouten, machines en productieprocessen. Ik repareerde veel dingen met mijn vader omdat mijn moeder destijds de kostwinner was. Mijn vader koos heel bewust voor het thuisblijven met mijn zus en mij. Ik vond het raar dat mijn vrienden vroeger vertelden dat hun moeder thuis was en hun vader werkte. Ik had als ware een verdraaid wereldbeeld. Al met al kom ik dus uit een huishouden waar het normaal is dat een vrouw hard werkt.”

Zo’n twintig jaar geleden arriveerde je op station Eindhoven met een Duits loodgietersdiploma. Je wilde de wereld van techniek verder ontdekken. Wat waren je eerste stappen?
“Ik begon bij een loodgietersbedrijf in Tilburg. Daar heb ik tekenen op een oude tekentafel geleerd. Heel ouderwets was dat, met een potlood. Daarna kwam het tekenen op de computer, dat was immers de toekomst. Ik hunkerde echter naar meer. Kort daarna werd ik werkvoorbereider bij een installatiebedrijf. Daarna volgde Nibag BV, waar ik projectleider werd. Ik kreeg de verantwoording over vier mensen. Dat was voor mij een nieuw spanningsveld, maar het ging me goed af.”

Je bent nu directeur bij Van der Heide, een bedrijf dat marktleider is op het gebied van onder andere bliksembeveiliging en onweerdetectie. Tevens ben je businesslijn directeur Bouw en Installaties bij Antea Group. Dat zijn niet de minste functies. Hoe ben je daar gekomen?
“Bij Nibag BV kon ik niet meer doorgroeien. Ik ontdekte daar dat ik commercieel een talent had. Ik vond gesprekken aangaan erg leuk. Ik vind niets mooier dan naar klanten te rijden, naar ze te luisteren en uiteindelijk het gewenste product op te leveren. Bij Nibag BV was het kringetje relatief klein. Antea Group had een veel grotere klantenkring. Antea Group gaf mij de kans om opleidingen te doen binnen hun eigen academie, om zodoende de doorgroei te bevorderen. Ik kwam binnen als projectleidster, stapte toen over naar projectmanager en toen naar adviesgroep-manager. Tussentijds haalde ik binnen drie jaar ook mijn MBA, de Master of Business Administratie. Toen ik die studie had afgerond kreeg ik de aanbieding om directeur te worden. Hard werken werd beloond.”

Antea Group heeft ook een zogeheten vrouwennetwerk, dat zich hard maakt voor een goede balans tussen man en vrouw op de werkvloer. Je was hier voorzitter van. Hoe was dat?
“Binnen Antea Group hadden we de ambitie om meer vrouwen aan de top te krijgen. De techniek sector is echter simpelweg vaak gelinkt aan mannenberoepen, daarom is die balans enorm lastig. We kwamen met het idee om de vrouwen die er in ieder geval zijn kansen te geven om zichzelf te laten zien. Dat vinden ze vaak lastig. Wij als vrouwen zijn een stuk bescheidener dan mannen. We willen ons vaak eerst bewijzen en willen vaak eerst honderd procent zekerheid voordat we een uitdaging aangaan, terwijl de man op zestig procent de klus al aangrijpt. Het vrouwennetwerk fungeert als ruggensteun. Wij motiveren vrouwen om uitdagingen aan te gaan. We delen kennis, maar netwerken ook veel. Zo’n intern netwerk is vooral om twijfels weg te nemen en elkaar te helpen. Schouders eronder, lef hebben en gaan.”

Zelf ben je hét perfecte voorbeeld voor het vrouwennetwerk. Hoe voelt het voor jou om bekend te staan als topvrouw?
“Vooral in het begin was het erg zoeken. Sinds ik bij Antea Group ben begonnen is dat veranderd. Ik zit in een directieteam van tien managers, met vier vrouwen. Het vrouwenaandeel is dus best hoog. Daarnaast merk ik weinig weerstand bij de mannen. Ik word als gelijke behandeld. Dat komt echter niet vanzelf. Afwachten en observeren helpen je niet verder. Je moet meespelen, jezelf laten zien en jezelf laten horen. Dat betekent zoals bij voetbal dat je ook weleens onderuit wordt geschopt. Het komt neer op het direct weer opstaan en niet blijven liggen. Als je die mannen bewijst dat je net zo goed kunt werken als zij, nemen ze je echt wel serieus. Mijn bedrijf, Van der Heide, heeft nu de eerste vrouwelijke monteur voor bliksemafleiding. Zij heeft haar eigen busje, een eigen roze helm en gaat alleen het dak op. Dat vind ik echt prachtig om te zien.”

Gelukkig zijn we in Nederland gegroeid omtrent vrouwen aan de top, maar we zijn er nog lang niet. Hoe komt het volgens jou dat we langzaam stappen voorwaarts maken?
“Ik heb het idee dat we langzaamaan meer kijken naar de inhoudelijke kennis van de mens in plaats van naar het geslacht. Die verandering is steeds iets meer merkbaar, met name in Nederland, Duitsland en Italië. Kwaliteiten horen voorop te staan en het is goed om op te merken dat men dat ook in gaat zien. Dertig jaar geleden was dat bijvoorbeeld echt ondenkbaar. Het is dan ook nu de tijd aan vrouwen om op te staan en dat te beseffen. De kansen liggen er écht, je moet ze alleen wel aangrijpen.”

Die kansen aangrijpen kan voor vele vrouwen beangstigend werken. Heb je tips voor vrouwen die zich van de subtop naar de top willen bewegen?
“Wat mij vooral heeft geholpen is het hebben van lef. Als er een baan, functie of zelfs opdracht op je pad komt en je hebt het idee het nog niet helemaal te kunnen of te beheersen, zeg dan gewoon dat je het wel kunt. Doe het, probeer het uit en leer ervan. Als je steeds nee blijft knikken of de twijfels de overhand laat nemen, ga je het nooit doen. Ten tweede is het belangrijk dat je zichtbaar bent. Wij vrouwen kunnen ons zo ontzettend goed verstoppen en tegelijkertijd hopen we toch gezien te worden. Dat gaat niet gebeuren. Je moet zelf opstaan. Als je iets goed doet, bijvoorbeeld een goed artikel schrijven, durf dan ook te zeggen dat het goed is. Ten derde, iedereen gaat op z’n bek. Ook jij. Dat hoort bij het leerproces. Het komt helaas te vaak voor dat we verslagen blijven liggen, maar niemand komt aan de top zonder te vallen. We denken altijd dat alles maar op rolletjes moet lopen, maar fouten horen bij leren. Hoe groter de fout, hoe beter je er weer uitkomt. Ten slotte, zorg dat je mensen kent. Veel mensen. Heb een groot netwerk. Netwerkborrels zijn daarin bijvoorbeeld cruciaal, zowel als zelfstandig ondernemer als voor de werknemer in dienst. Zo zorg je namelijk dat je niet afhankelijk bent van het bedrijf waar je werk. Je creëert zo als ware een vangnet voor als het minder gaat, maar ook zeker voor als je ambieert naar meer.”

Al met al merk ik dat topfuncties veel tijd opslokken. Kom je eigenlijk nog wel toe aan hobby’s of bestaat je leven vooral uit werken?
“Ik ben veel van huis, maar ik word vanuit huis ook enorm goed ondersteund. Dat maakt dat ik succesvol kan zijn. Thuis is voor mij de plek waar ik rust moet hebben. Als je partner of omgeving je die rust kan bieden, merk je dat uiteindelijk ook in je werkzaamheden. Wat ik met name heb gemerkt de afgelopen jaren is dat je naast je werk ook een hobby moet hebben. Daar haal je namelijk ook rust uit. Die balans tussen ontspanning en hardwerken is vaak zoek, maar juist zo belangrijk. Laat je hobby’s niét los. Mijn hobby is wielrennen, wat ook best wat tijd opslokt. Mijn partner heeft het niet makkelijk (gelach). Gelukkig weten we wat we aan elkaar hebben, ondersteunen we elkaar en geven we elkaar de ruimte. Alles samen maakt dat het plaatje compleet is.”

Als ik denk aan een topvrouw is er één ding wat direct bij mij opkomt, namelijk ambitie. Zonder ambities en drijfveren houdt het relatief snel op. Hoe zit het met jouw ambities? Is er honger naar meer?
“Als ik geen ambities meer heb, dan ben ik er denk ik niet meer. Ik wil zeker nog door. Ik zou graag ooit nog eens een groter bedrijf willen leiden. Nu leid ik een bedrijf van ongeveer driehonderd mensen. Een stap hoger zou prachtig zijn. Mijn ambities zijn dus nog lang niet over. Ik ben 48 jaar, ik moet nog twintig jaar door. Als er geen uitdagingen meer zijn, dan vind ik het al gauw niet meer leuk.”

Neem eens een kijkje in het leven van een wat jongere, toekomstige topvrouw: Manon van Essen (30). Manon zette het ‘gezonde’ pizzamerk Magioni op. Manon ontwikkelde pizza’s op basis van groenten. Haar formule slaat aan. Zo dusdanig dat een van ’s werelds grootste pizzamerken, Dr. Oetker, de meerderheid van de aandelen van Magioni aantrok. In onderstaand interview leer je Manon, haar drijfveren en aanpak beter kennen. Manon heeft haar werkwijze en toekomst in mijn ogen perfect uitgestippeld. Het kijken waard!

Hoofdstuk 3: De Bokito-cultuur en excuustruus

Ze roffelen zich als Bokito’s op hun borst: die mannen daarboven op die grote berg. Ze willen graag leiderschap tonen. Vaak met een ietwat dreigende en gefocuste blik. Jezelf als vrouw zijnde mengen op die apenrots vergt dan ook flink wat lef. Zo’n masculiene cultuur plots doorbreken met femininiteit is enorm dubbel: de vrouw geeft zich over aan de mannelijke cultuur om vanaf de berg mee te coördineren en te instrueren. Als ze überhaupt de berg al bereikt. Ik ben niet de enige die vind dat vrouwen zich moeten gaan beseffen dat ze nodig zijn. In de politiek en in grote bedrijven. Het is immers al vaker bewezen: bedrijven zijn succesvoller als hun directie een goede mix van mannen en vrouwen kent. Maar hoe kijken mannen aan tegen topvrouwen? Ik sprak met mannen op de werkvloer en op straat. Lees je mee?

Voordat ik de op mannen afstapte luisterde ik naar een podcast over de verschillen tussen de man en de vrouw op de werkvloer. Shell-topvrouw Marjan van Loon zei in deze podcast: “De discussie die nu heerst dient omgevormd te worden van ‘we nemen ze aan als ze goed genoeg zijn’ naar: ‘we gaan deze afdeling of topfuncties alleen maar vullen met vrouwen en we gaan net zo lang door tot we haar gevonden hebben. Want pas dan zet een bedrijf een andere bril op.” Deze ambitieuze uitspraak legde ik onder de neus van een aantal mannen. Side note: de reacties zijn divers.

De excuustruus
Op de werkvloer sprak ik onder andere met Fred en Rob. Beiden hebben nu sinds enkele jaren te maken met een stijgende diversiteit op hun afdeling. Toen ik Rob bovenstaande uitspraak van Shell-topvrouw Marjan voorlegde, moest hij grinniken. Mijn wenkbrauwen fronsten. Ik vind de uitspraak namelijk niet grappig, maar een statement dat ieder bedrijf moet handhaven. Gelukkig zat ik ernaast. Rob legde zijn gegrinnik en grijns uit. “Hier hebben we het relatief vaak over. Ook met de vrouwen hier. Ten eerste ben ik het geheel eens met de uitspraak, maar zo simpel als geschetst is het helaas niet. Als je je een beetje verdiept in het onderwerp zie je dat de vrouw er steeds meer mag zijn, maar ze nog teveel wordt gebruikt als excuustruus*. Kijk eens naar politieke partijen. De nummer twee op een lijst is vaak een vrouw. Maar valt de nummer één weg, is het vrijwel nooit de vrouw die het overneemt. Wederom, ze fungeert als de excuustruus. Je kunt dus wel op zoek gaan naar een topvrouw, maar ze moet zichzelf wel aanbieden. Ze moet zich hardmaken en voor zichzelf opkomen. Een zoektocht naar een dergelijke vrouw kan enorm lang duren. Bedrijven hebben die tijd vaak niet.”

*De excuustruus is een pejoratief voor een vrouw die slechts in een functie getolereerd wordt om de schijn van seksisme te vermijden.

“Ik vraag me af of het echt aan de bescheidenheid van de vrouw ligt of dat ze daadwerkelijk wordt tegengehouden door de zogeheten Bokito-cultuur, waar mannen het hoogste woord hebben”, haakt Fred in. “Hoe dan ook, dat moet anders. Ik stem namelijk vaak op een vrouw, maar ik ben altijd verbaasd dat ze daarna vrij weinig meer voorstelt. Ik moedig topvrouwen aan, waar dan ook, en ik ben ervan overtuigd dat zij op bepaalde vlakken zelfs meer kunnen bieden dan een man. Een andere kijk en koers, creatievere inzichten en verder kijken dan hun ego, bijvoorbeeld. Geen focus op wie het meest verdient en de grootste auto rijdt. Maar dan moeten ze die bescheidenheid wel opzijzetten. Hard werken en doen wat ze goed kunnen. Dat is klaarblijkelijk nog best een opgave.”

Vrouwen belonen: go or no-go?
Onder het mom van ‘ik ben zeer geïnteresseerd in jouw carrière en de diversiteit op jouw werkvloer’ hoopte ik op straat wat mannen te treffen die een boekje open wilden doen over hun mening over topvrouwen. Of dat lukte? Jazeker.

Zo sprak ik met een man die tegen het randje van zijn pensioen aanzit. Hij is kok. Ik stelde hem wat vragen over zijn werksituatie om zodoende langzaam toe te werken naar het onderwerp topvrouwen. Bij mijn vraag over de diversiteit op zijn werkvloer zei hij verontwaardigd: “Nu heb je het zeker over TU Eindhoven die alleen nog maar vrouwen wil aannemen en hen een riant salaris wil bieden?”. Ik moest even slikken. Dit had ik nog niet gehoord. “Aan je gezicht te zien weet je daar niets vanaf meid, of wel?”, zei hij schaterlachend. Blijkbaar was dat grappig, maar het ijs was in ieder geval gebroken. Slurpend aan zijn flesje Spa Rood sprak hij ondertussen zijn gedachten uit. Het is dus zo dat de TU Eindhoven komend anderhalf jaar alleen nog maar vrouwen bij vacatures voor wetenschappelijk personeel wil aannemen. Ze worden binnengehaald voor vijf jaar en krijgen 100.000 euro om mee te doen aan een onderzoek. Waarom? Omdat meer vrouwen leiden tot betere strategieën, creatievere ideeën en snellere innovaties, aldus TU Eindhoven.

Maar… daar is deze kok het niet mee eens.
“Ik snap de intentie heus, maar neigt dit niet naar discriminatie? We moeten toch kijken naar de kwaliteiten van een sollicitant en niet naar het geslacht? Dat gaat hier wel gebeuren. Vrouwen worden beloond omdat ze vrouw zijn. Dat is toch raar? Daarnaast denk ik dat mannen meer gezag hebben over jongens tijdens het lesgeven. Ik vind dit een belachelijke beslissing”, zei hij.

Als vrouw zijnde voelde ik me enigszins ongemakkelijk over zijn uitspraken. Ik snap hem wel, maar zijn laatste opmerking is heftig. Dus mannen hebben meer gezag over jongens en vrouwen hebben meer gezag over meisjes? Is dat hoe ik het moet opvatten? Ik vind het een rare gedachtegang. Is dat juist niet het punt waarop het fout gaat? Die diversiteit is toch hard nodig omdat je anders het oubollige verschil tussen de man en vrouw blijft voeden?

“Want een vrouw aan het roer, dat is stoer.”

Ik had het erover met nog twee andere mannen, zo midden veertig. De een actief als arts, de ander runt een eigen sportschool. Vrouwen belonen is een lastige kwestie, vonden we. Vrouwen worden al jaren onderdrukt, dus op zich is een beloning verre van vreemd. Desondanks mogen wij vrouwen ook best in de spiegel kijken en vragen waarom we al jaren zo onderdrukt worden. Die Bokito-cultuur houden we misschien zelf wel in stand door onze mond niet open te trekken. Of door onze bescheidenheid, zoals Fred mooi zei. En waarom bestaat het woord excuustruus überhaupt? We kunnen daar wederom de krachtige en goedgebekte leidinggevende man voor aankijken, maar misschien moeten we die irritatie naast ons neerleggen en er lering uit trekken. Misschien moeten we hen eens goed observeren, want dát kunnen wij vrouwen als de beste. Observeren wat die Bokito nou zo goed doet en waarom hij staat, waar hij staat. Hoe kunnen wij dat evenaren, of zelfs overtreffen? Want alle mannen die ik sprak, op mijn Spa-drinkende respondent na, waren lovend over topvrouwen. Want een vrouw aan het roer, dat is stoer.

Je bent het vast met mij eens: vrouwen aan het roer, dat is gewoon stoer. Ik kan nog ontelbaar veel voordelen benoemen van waarom een van mijn respondenten, de kok, ongelijk heeft, maar misschien wil je gewoon lekker doorlezen. Mocht je nog meer redenen willen om bijvoorbeeld jouw mannelijke CEO te overtuigen, of wil je gewoon eens een goed gesprek met je partner of vriendinnen? Klik dan hier. Dit artikel slaat de spijker op z’n kop: vrouwelijk leiderschap is geen discriminatie, maar onze toekomst. En ook dat van mannen. Want bedrijven creëren meer winst met topfuncties voor vrouwen. En dat willen we allemaal, toch?

Hoofdstuk 4: De beste landen en het vrouwenquotum

Na de meningen van zowel een topvrouw als verschillende werkende mannen kunnen harde cijfers natuurlijk niet ontbreken. Hoe zit het eigenlijk met het percentage topvrouwen in de wereld? En komt Nederland daar een beetje bij in de buurt? Ik ga in dit hoofdstuk onder andere dieper in op het vrouwenquotum. Een vrouwenquotum is een minimumaantal van door vrouwen te bekleden topfuncties binnen bedrijven. Het bedrijf Grant Thornton bracht een prachtig rapport uit, genaamd ‘Women in Business 2019’. Dat deed ook het bedrijf PWC, dat het rapport ‘Women in Work Index 2019’ de wereld inbracht om vrouwen te inspireren. Ik spitte beide documenten geheel uit, zocht naar bijpassende statistieken en onderzocht direct of de man nou echt meer werkt dan de vrouw, zoals vaak wordt gedacht. Ik kwam tot interessante ontdekkingen en neem je graag mee door mijn bevindingen. Mocht je zelf de gehele rapporten willen lezen, klik dan gerust op de linkjes hierboven. Wees daarbij niet vies van cijfertjes, berekeningen en metingen.

De beste landen voor topvrouwen
Je bent vast benieuwd naar hoe Nederland scoort. Zal ik gewoon met de deur in huis vallen? Wel zo fijn, hè. Nederland staat op plek 19 van de 33 meegenomen landen binnen het onderzoek. Zo ongeveer in het midden dus. Niet goed en niet slecht. We laten landen als Frankrijk, Amerika, Spanje en Italië achter ons, maar kijken met verwondering naar Duitsland, Portugal, Engeland en onze zuiderburen. Zuid-Korea en India zijn de hekkensluiters. Dé plek om het te maken als vrouw op de werkvloer en tevens al enkele jaren de nummer één op de lijst, is IJsland. De vaak bevroren staat wordt gevolgd door Zweden en Nieuw-Zeeland. Ook Denemarken, Finland en Zwitserland staan in de top tien. De Scandinavische cultuur doet het goed. Deze landen worden tevens beschouwd als wereldleiders op het gebied van gendergelijkheid. Mijn interesse was gewekt. Wat doet deze cultuur wat andere culturen nog niet doen?

Het welbekende plaatje wanneer er wordt gedacht aan de Scandinavische cultuur. Bron: pexels.com

Åsa Charlotte Regnér, een belangrijke Zweedse politica, vertelde dat het land die felbegeerde toppositie niet zomaar heeft bereikt. Het kostte het land tientallen jaren om te pleiten voor vrouwenrechten. Ook kostte het flink wat energie om systemen te ontwikkelen om vrouwen in het dagelijks leven en op hun werkplekken te ondersteunen en kansen te bieden. Volgens de Zweedse politica zijn er paar factoren die het land heeft toegepast en aangescherpt. Dit zijn volgens Regnér de twee belangrijkste:

  1. Ouderschapsverlof
    Zweden heeft het meest royale ouderschapsverlofbeleid ter wereld. Ouders krijgen in Zweden gezamenlijk 480 vrije dagen die ze kunnen gebruiken tot het kind acht jaar wordt. Ouders krijgen deze dagen uitbetaald tegen tachtig procent van hun salaris. Tevens staan er circa negentig dagen voor alléén de vader gereserveerd. Ideaal voor een werkende topvrouw. Maar waarom streeft Zweden naar het hebben van zo’n goede balans tussen werk en privé? Juist. Omdat die balans ideaal is om vrouwen aan het werk te helpen of hen hogerop te krijgen. Kortom, er wordt flink stilgestaan bij carrière maken en de mogelijkheid om een topvrouw te worden. Vaak betalen moeders of moeders in spé een fictieve boete voor werken. Ze worden minder ingehuurd omdat werkgevers denken dat ze te druk zijn met kinderen en er te veel vrije dagen worden opgenomen. Een terugkerend probleem in Zweden was, mede door de moordende concurrentie, dat moeders moeite hadden om hun oude lonen te behouden bij terugkomst van het zwangerschapsverlof. Ze waren ingehaald. Door topvrouwen.Door het royale ouderschapsverlofbeleid elimineert Zweden de druk voor beide ouders. De vader heeft genoeg vrije dagen om door te brengen met zijn jonge kroost, de moeder is zeker van haar baan en wordt niet raar aangekeken als er een tijdje verlof wordt opgenomen. Dat is tegenwoordig immers doodnormaal in Zweden. En of het effectief is? Daar is geen twijfel over mogelijk. Het land klom de afgelopen jaren omhoog en staat al twee jaar steevast op nummer twee in de lijst van beste werkplekken voor vrouwen.
  1. Bedrijfsaudits
    De voortdurende taak van onder andere Regnér is ervoor zorgen dat bedrijven zich houden aan de Zweedse wet die gelijke beloningen voor gelijk werk oplegt. In 2008 ondertekende het land de Zweedse-discriminatie-wet, waarbij bedrijven met 25 werknemers of meer ieder jaar verplicht enquêtes moeten uitdelen aan het personeel. Binnen die enquêtes wordt er gevraagd naar gelijkheid op de werkvloer, maar worden ook de loonverschillen tussen de man en de vrouw geanalyseerd. Bedrijven met grote verschillen die geen stappen ondernemen om de kloof te dichten, lopen het risico op torenhoge boetes.Deze geweldige wet is zich geleidelijk aan het uitbetalen: er komen steeds meer topvrouwen bij. Zweden zit niet stil en is momenteel bezig met het oplossen van het volgende probleem. In minder populaire sectoren, zoals verpleging en ouderenzorg, zijn nog maar weinig topvrouwen te vinden. De sectoren worden wereldwijd ondergewaardeerd. Het land maakt zich hard middels voorlichtingen, cursussen en het gelijk trekken van loonkloven om zodoende topvrouwen in de genoemde sectoren af te leveren. Terwijl Regnér en haar collega’s discussiëren over hoe ze het werkveld aantrekkelijker kunnen maken, worstelen andere landen nog met basisvoorzieningen als ouderschapsverlof en gelijke lonen. Sweden, you’re doing something good.

Het vrouwenquotum
Doordat er in Nederland onvoldoende groei te zien is omtrent topvrouwen, komt het definitieve vrouwenquotum in 2020 steeds dichterbij. Het wettelijke streefcijfer van 30 procent – er moet minimaal dertig procent vrouw zijn binnen bedrijven – is namelijk nog steeds ver weg. Er zijn vijfduizend bedrijven in Nederland die vallen onder het wettelijke streefcijfer van die dertig procent. Slechts zes procent van die vijfduizend bedrijven voldoet aan een evenwichtige raad van bestuur. Kortom, een goede mix van mannen en vrouwen. Zes procent van de vijfduizend bedrijven. Slechts driehonderd dus. Ondanks maatregelen die vele bedrijven al treffen, zoals een database met topvrouwen, netwerkevents en speeddates, is er volgens D66-minister Van Engelshoven onvoldoende resultaat en moeten er stevige maatregelen (lees: een quotum) volgen. Ik ben het eens met het feit dat er onvoldoende resultaat is, maar ik zet mijn vraagtekens bij een quotum. Dat klinkt wellicht dubbel, maar ik leg je graag uit waarom. De Volkskrant deed onderzoek naar het genoemde quotum en ondervroeg (top)vrouwen over het potentieel. Wat blijkt? Niet alle topvrouwen zijn fan. En waarom niet? Omdat die 30 procent een ‘moetje’ wordt. En presteren onder druk gaat vaak mis. Volgens de ondervraagde vrouwen zijn er betere alternatieven:

  • Alternatief één: Vrouwen in selectieteams
    Onbewuste psychologische processen zorgen er in de selectie van het aannemen van een sollicitant vaak voor een voordeel voor mannen. Zij geven, zoals Tanja Lendzion ook al benoemde, makkelijk aan dat ze iets kunnen en aan de eisen voldoen. Ook als dat niet zo is. En ja, dan verkoop je jezelf. Wij vrouwen zijn over het algemeen eerlijker en hebben vaak de neiging te benadrukken wat we minder goed kunnen. Tip: niet doen.Ook wordt er bij selectieprocedures vaak teruggevallen op een proven track record. Kortom, de kandidaat moet voldoen aan dezelfde eigenschappen en ervaringen als de voorganger. Ik noem het een veilige keuze. Daarom lijken opvolgers niet alleen qua achtergrond en profiel op hun voorgangers, maar ook qua sekse. Door vrouwen toe te laten tot selectieteams kan ervoor gezorgd worden dat er meer discussie ontstaat over kwaliteiten en kan er benadrukt worden dat vrouwelijke eigenschappen nét zo hard nodig zijn.
  • Alternatief twee: Diversiteitstargets in beloning
    Mannelijke leidinggevenden krijgen vaak een substantieel deel van hun inkomen aan variabele beloningen. Ze worden beloond voor bijvoorbeeld goede resultaten, succesvolle doorvoeringen van een reorganisatie of het verbeteren van klanttevredenheid.Als diversiteit een serieus speerpunt is van de directie – en vaak wordt dat wel gezegd – dan is het makkelijk om keiharde diversiteitstargets omtrent sekse vast te leggen in de te behalen resultaten. Lukt het een eindverantwoordelijke man om een of meerdere (top)vrouwen binnen te halen? Dan wordt hij beloond. Dit kan als proef voor bijvoorbeeld een periode van vier jaar. Wedden dat het werkt? Uiteraard zie ik dit niet als de beste stap, want zo belonen we de mannen. Dat lijkt enigszins op het quotum, het wordt een ‘moetje’. Maar het zou wel een eventuele eerste stap kunnen zijn bij bedrijven die merken dat het binnenhalen van topvrouwen een te grote of te moeilijke stap is.
  • Alternatief drie: Haantje de voorste
    Hoe hoger de hiërarchie, hoe hoger de politieke- en machtsspelletjes. Veel mannen spelen dergelijke spellen beter en met meer plezier. Het ambiëren van een topfunctie vergt lef, af en toe vieze spelletjes en hard durven zijn. Trek die kritiek en conflicten als vrouw zijnde niet persoonlijk aan, maar ga er zakelijk mee om. Relativeer en lach, desnoods sarcastisch. Maar lieve dames, laat niet met je sollen. Die man mag dan wel haantje de voorste zijn, maar dat betekent niet dat jij als hen de haan niet van de troon kan stoten.

“Want alleen ga je sneller, maar samen kom je verder.”

Wij vrouwen kunnen elkaar onderling ook heel goed afrekenen op het ‘goede moederschap’. Want je kunt alleen een goede moeder zijn als je parttime werkt. Toch? We zijn niet voor niets Europees kampioen in parttime werken. Cijfers van het CBS (2019) laten zien dat vrouwen gemiddeld 26 uur per week werken. Mannen werken 36 uur. Een topvrouw die dus wél fulltime werkt, heeft haar handen niet alleen vol met werkzaamheden, maar moet zich ook in het sociaal-maatschappelijk veld staande houden. Zullen we elkaar daarin wat meer steunen? Wat toleranter naar elkaar zijn? Wellicht scheelt dat al een hoop. Dan kunnen we er samen voor gaan. Samen die apenrots beklimmen. Want alleen ga je sneller, maar samen kom je verder.

Als we eens proberen al deze drie alternatieven te verwezenlijken, dan hoeft dat vrouwenquotum geen ‘moetje’ meer te worden. Dan komen we vanzelf aan de top. Zonder wettelijke en externe hulp. Dát voelt pas als hard werken, toch?

Eva Jinek is mijn definitie van hard werken. De vrouw tegen wie ik opkijk. Presentatievaardigheden, veel kennis en ze heeft haar uiterlijk mee. Ik zit dan ook steevast voor de televisie als haar programma weer op de buis is. In dit fragment (of kijk ‘m hieronder) uit een van haar uitzendingen zit Marry de Graay Fortman, voorzitster van topvrouwen.nl, aan tafel. Ook nam Wiebe Draaijer, CEO bij de Rabobank, plaats. Hij zorgde voor veertig procent vrouwen bij de bank en zegt dat er daardoor een enorm andere dynamiek heerst op de werkvloer. Het vrouwenquotum komt ook nog even aan bod. Als alle alternatieven niet werken, is Draaijer stellig: “Dan moeten er nog hardere maatregelen volgen en moeten we het streefcijfer bijstellen naar veertig of vijftig procent.”

Oh, en Thierry Baudet zit ook aan tafel. Maar hij zei geen woord. Dat laat misschien wel zien dat zelfs een man die grotendeels tegen de vrouwenemancipatie is, onder de indruk was.

Hoofdstuk 5: Topvrouwen die het hebben gemaakt

Het komt na al deze informatie misschien over alsof wij vrouwen nog enorm veel stappen moeten zetten om een topvrouw te kunnen worden. Of dat er nauwelijks topvrouwen zijn. Dat is natuurlijk niet waar. Laten we in dit hoofdstuk langzaam en vooral optimistisch toewerken naar voorbeelden van topvrouwen die het ijzersterk hebben aangepakt. Ik kan natuurlijk topvrouwen als Angela Merkel, Theresa May, Sheryl Sandberg of zelfs Beyoncé gaan benoemen, maar dergelijke beroemdheden staan als je een topvrouw wil worden nog te ver van je bed. Dat je daar wellicht naar streeft is goed, maar geen realistische eerste stap. Ik zocht het dichterbij huis. Ik zocht naar de Hollandse vrouw. De vrouw die zich mengt op die apenrots en het woord excuustruus niet meer wil horen. De vrouw die inspireert, veel bereikt en van opgeven nooit gehoord heeft.

“Zij durfden die stap te zetten. En dat kan jij ook.”

Mijn lijstje bestaat uit topvrouwen van verschillende leeftijden, uit verschillende sectoren en met verschillende startposities. Gewoon, heel verschillend. Maar dat begreep je vast al. Ook zij stonden waarschijnlijk ooit waar jij nu staat. Met of zonder plan, met of zonder een zak geld maar in ieder geval wel met een dosis aan zelfvertrouwen en ambitie. Zij durfden die stap te zetten. En dat kan jij ook.

Arjanneke Teeuw (52)
Het sapje dat ik iedere zaterdagochtend voor mijn werk uit het koelschap bij de AH to-go pak, blijkt bedacht door een topvrouw. Arjanneke is directeur-eigenaar bij Healthy People. Ze rondde verschillende studies af, zoals Rechten en Beleid en Management. Ze werkte jarenlang bij mooie bedrijven in loondienst en zette toen haar eigen bedrijf op. Ze lijkt wel een zondagskind, maar niets is minder waar. Hard werken wordt beloond. Arjanneke is hét voorbeeld. Vanaf begin af aan is ze zeker van haar zaken geweest. Granaatappelsap moest een succes worden. En dat werd het. Zonder een vaak cruciaal netwerk is Arjanneke ‘gewoon’ gaan bellen om haar producten aan de man te krijgen. Het feit dat ze vierkant achter haar bedrijf, ambities en ijzersterke concept stond, maakte dat de sapjes een grote hit werden. Zie dames, geloof doet zo-veel!

Danique Bossers (26)
Een eigen kledinglijn, twee kledingwinkels, een sieradenmerk en een boek uitbrengen. Klinkt als een hele opgave, en dat was het ook. Maar Danique flikte het. Wat begon met een kleding webshop, is nu een megabedrijf (Most Wanted NL). Er was echter honger naar meer. Danique zette met beste vriendin Monica een sierradenlijn (MeauxMeaux) op waarbij er exclusieve en unieke sierraden worden verkocht. Haar boek ‘Work Hard Play Hard’ is een aanrader voor alle (toekomstige) onderneemsters. Ze beschrijft haar successen, valkuilen en geeft bergen aan tips mee. Danique doet met haar pas 26 jaar in ieder geval héél veel goed. En dat terwijl ze pas net begonnen is.

“Schudt die zenuwen van je af! Jij en je ideeën mogen er zijn.”

 

Femke Furnee (31)
Thuis heb ik een heerlijke, donkerblauwe fauteuil staan. Het is mijn favoriete stoel en tevens mijn favoriete plekje thuis. De fauteuil is van het merk FEST Amsterdam. En FEST is bedacht en opgericht door Femke Furnee. Femke wilde tegen de standaard IKEA-meubelen ingaan en was ervan overtuigd dat het beter kon. Betaalbare kunst en design moest naar ons land komen. En snel. Femke heeft het ondernemerschap er vanaf kleins af aan inzitten. Als klein meisje zette ze allerlei winkeltjes op waarnaar ze toewerkte naar echte ondernemingen. Daar rolde uiteindelijk FEST uit. Een interieurmerk met een eigen collectie meubelen en woonaccessoires. Hoe Femke echt succesvol werd? Doordat ze, net als Arjanneke en Danique, overtuigd was van haar idee. Ze werkte gefocust en geconcentreerd. Dat slaat over op je publiek. En werk je in loondienst? Dan slaat die zekerheid over naar je leidinggevende. Schudt die zenuwen van je af! Jij en je ideeën mogen er zijn.

Charlotte Teunissen (47)
Wetenschapster Charlotte Teunissen is vorig jaar als allereerste vrouw in Europa benoemd tot ‘professor binnen de neurochemie’ bij het UMC. Ze doet onderzoek naar stoffen in hersenvocht en bloed die ziektes kunnen aantonen. Charlotte hoopt binnen nu en een jaar de eerste bloedtest die Alzheimer aantoont op de markt te brengen. Hiermee hoopt ze de ziekte al in een vroege fase vast te kunnen stellen. Hoe knap is dat? En wil je meer over dit onderwerp te weten komen, bekijk dan haar inaugurele rede. Ik was enorm onder de indruk.

Veel van mijn genoemde lievelingstopvrouwen hierboven hebben hard aan de weg getimmerd om te komen waar ze nu staan. Zij maakten een afweging tussen ondernemen of in loondienst gaan. Of deden dat zoals Arjanneke Teeuw gewoon beide. Vraag je je weleens af of ondernemen nou echt wat voor jou is? Bekijk deze video dan eens (of kijk ‘m hieronder). Lekker informeel, maar met antwoorden waar je écht wat aan hebt.


Hoofdstuk 6: Waarom we niet harder, maar effectiever moet werken

Daar zat ik dan. Zondagochtend, op mijn favoriete blauwe fauteuil. Krant, koffie en getemperde muziek op de achtergrond. Evaluerend op mijn ingewonnen informatie. Van mijn interview met Tanja tot de feitelijke cijfers. Van de ervaringen van mijn tante en moeder tot de verhalen over de Bokito-cultuur. Maar er ontbreekt een puzzelstukje. Iets waar mijn tante, moeder, Tanja en de gesproken mannen af en toe naar hintten, maar niet uitspraken. Ik weet het inmiddels wel. Het draait niet om harder, maar om effectiever werken. Om ontspannen. Om balans. Om effectiviteit. Die doordeweekse lunchafspraak skippen of stipt om halfacht op het kantoor zijn om toe te werken naar promotie: doe jezelf een lol. Stop ermee.

Ladies, calm your tits. Ik weet het, zoiets klinkt best beangstigend als je het idee hebt de top te willen bereiken. Van nature zijn we vechters, doen we vaak wat nodig is om vooruit te komen. Dat geldt voor onze thuissituatie, maar ook zeker op de werkvloer. We maken alleen te vaak de misstap harder te blijven werken. Laat het me je uitleggen.

Denk voor enkele minuten eens even aan je werkdag. Gewoon, van begin tot eind. Word je moe wakker? Bekijk je sociale media of je e-mail voordat je uit bed stapt? Eet je haastig je ontbijt of helemaal niet? Eet je je lunch aan je bureau? Voel je je vaak opgejaagd? Vind je het moeilijk je werk links te laten liggen? Werk je door na vijven? Check je je e-mail ’s avonds nog even op de bank?

Beantwoord je meer dan twee van deze vragen met een ja, dan is het interessant om even door te lezen. Velen van ons merken dat we niet in staat zijn om te jongleren met overweldigende eisen van chefs. Ook is vaak een onhoudbaar tempo van deadlines handhaven te zwaar. Ik weet hoe je je voelt. Mijn studie vergt veel aandacht en de leidinggevende functie bij de Bagels en Beans vergt ook flink wat planning en inspanning. Dan laat ik mijn sociale leven, hobby’s en sporten nog achterwege.

Meer doen? Minder doen.
Gek genoeg is de beste manier om meer gedaan te krijgen, tijd besteden aan minder doen. Nieuwe onderzoeken tonen aan dat vernieuwingen op de werkvloer de productiviteit, werkprestaties en gezondheid verhogen. Tot die vernieuwing behoren onder andere korte, intensieve trainingen binnen het bedrijf. Korte middagdutjes en een langere nachtrust. Meer naar buiten tijdens kantooruren. Langere, frequentere vakanties. En meer socializen. Dus niet die lunch aan je bureau. Tijd is heel simpel gezegd waarop we vertrouwen om zoveel mogelijk te bereiken. Als er meer te doen is, investeren we hier meer tijd in. Maar vergeet niet dat tijd eindig is.

“Net als tijd is energie eindig, maar in tegenstelling tot tijd is energie wél te verversen.”

Als werknemer in dienst kun je je werktijden niet vaak zelf bepalen. Wél kun je je energie, vooral die energie die je zo nodig hebt op de werkvloer, onder controle houden en meetbaar vergroten. Energie staat feitelijk voor ‘het vermogen om werk te verrichten.’ Let op. Net als tijd is energie eindig, maar in tegenstelling tot tijd is energie wél te verversen. Voor de ambitieuzen onder ons is rust nemen vaak een lastige opgave. Meer ‘off-time’ nemen is niet makkelijk. Intuïtief doen we dat simpelweg niet zo snel, al helemaal niet als je als vrouw ambieert aan de top te komen. Het idee staat namelijk haaks op de heersende werkethiek binnen de meeste bedrijven: afleiding wordt gezien als verspilling van tijd. Er moet gepresteerd worden. Maar hard werken betekent niet direct productief zijn.

Ik hoor je denken. Weet je dat zeker? Ja. Meer uren op het werk doorbrengen leidt veelal tot minder slaap. Dat komt door een veelvoorkomende vicieuze cirkel. Je bent later thuis, maar je wilt toch nog even ontspannen. Dat drukke hoofd heeft immers wat rust nodig. Die televisieserie of dat interessante boek trekken je aandacht. En terecht, je hebt immers hard gewerkt. Op een gegeven moment is het dan de klok die je aankijkt. Ja-ha. Die wekker gaat weer vroeg morgen. Uiteindelijk wordt er dan te kort geslapen. De balans van ontspanning en spanning is volledig verstoord. Onvoldoende slaap eist zijn tol. Presteren kan nog steeds en de werknemer kan nog steeds gezien worden als de hardwerkende collega, maar als zij die acht uur slaap per nacht had gehad, had zij twee deadlines in plaats van één kunnen afronden. En was ze wellicht dichterbij promotie. Haar vermoeidheid, afgezakte concentratie en het gemis van goede ontspanning zijn de grootste sta-in-de-wegs. Wist je trouwens dat insomnia Amerikaanse bedrijven 63.2 biljoen dollar per jaar kost aan verloren productiviteit?

Feitjes, feitjes, feitjes
Ik deed nog meer onderzoek naar de correlatie tussen slaap en activiteit. Dat slapen belangrijk is weten we allemaal, maar in het bedrijfsleven wordt die deadline toch als belangrijker geacht. Dat is onterecht. Zo was er jaren terug een onderzoekster die ontdekte dat wanneer mannelijke basketballers tien uur per nacht sliepen, hun prestaties drastisch verbeterden: vrije worpen en hun snelheid stegen met negen procent.

Dutjes op je werk doen is wellicht niet altijd mogelijk, maar er zijn al genoeg bedrijven die het invoeren. Zeker als eigen ondernemer zijnde het overwegen waard. Sara C. Mednick, slaaponderzoekster uit Californië, ontdekte dat participanten na een dutje van circa een uur een geheugentest nét zo goed maakten als iemand na acht uur slaap.

Heb ik je al overtuigd meer uit te rusten? Om niet langer, maar effectiever te werken? Ik wil je graag nog even meenemen door een experiment dat ik de afgelopen maand steevast iedere dag volhield.

“Je lichaam schreeuwt om een pauze, maar jij negeert het signaal.”

In de jaren ‘50 waren het onderzoekers Dement en Kleitman die ontdekten dat we in cycli van ongeveer negentig minuten slapen. Van licht naar diep en weer terug. Ook wel de ‘Basic-Rest Activity Cycle’ genoemd. Kleitman ontdekte jaren later dat deze cyclus zich overdag recapituleert. Dat betekent dat we overdag geleidelijk elke negentig minuten van alertheid overgaan naar fysiologische vermoeidheid. Dat herken je wellicht wel. Je lichaam schreeuwt om een pauze, maar jij negeert het signaal. Dan maak je snel een wandeling naar de koffieautomaat om het gevoel te onderdrukken met cafeïne of suiker. Het resultaat? Een lichaam vol stresshormonen en adrenaline.

Werken met intervallen van negentig minuten blijkt dus hét recept voor productiviteit. Dat betekent niet af en toe even opstaan en je benen strekken. Dat betekent wel goed herstellen van de intensieve negentig minuten inspanning. Dat wilde ik als topvrouw in spé (knipoog) eens haarfijn uittesten. Mijn tussentijdse ontspanning bestond – inderdaad – uit een wandeling naar mijn rode Nespresso-machine. Ik verslond zo’n vier kopjes koffie per dag in de hoop alert te blijven. Na alle informatie en urenlange leessessies ben ik het volgende gaan proberen:

’s Ochtends ontwaakte ik met mijn grote liefde, de rode machine. Vervolgens zette ik mijn mobiel op vliegtuigstand en de timer op negentig minuten stipt. Geen afleiding, geen extra kop koffie, geen conversaties. Na dat anderhalf uur had ik een eerste opzet van mijn column. Een lekker gevoel, maar niet bewonderingswaardig. Nu komt het. Ik was best moe van die inspanning. Mijn hart schreeuwde naar mijn grote liefde, mijn hoofd dacht aan onderzoeker Kleitman. Ik trok mijn schoenen aan, wandelde vijftien minuten, kocht een lunch, at het buiten op, stuurde twee berichtjes en kwam weer thuis. Het was twee uur ’s middags. Ik herhaalde de eerste negentig minuten opnieuw. Mobiel op vliegtuigstand, timer aan, geen afleiding, geen kop koffie, geen conversaties. Ik had mijn column af en opgestuurd voor feedback. Ik had rode wangen en mijn blouse verwisseld voor een hemdje, maar mijn inspanning was niet voor niets. Ik beantwoordde wederom wat berichtjes, ging nu voor mijn tweede kop koffie en speelde een potje tafeltennis met mijn vader. Opgeladen en wel zat ik weer achter het bureau. Mijn deadline had ik gehaald, mijn geest was kalm en mijn lichaam ontspannen. Ik voelde me hersteld, ondanks ik flink bezig was geweest. Mijn laatste anderhalf uur vulde ik met planningen maken, roosters indelen en een persbericht schrijven. Wederom zonder al die genoemde afleidingen. Mijn dag zat erop. Werkte ik harder? Niet per se. Werkte ik effectiever en met een plan? Absoluut.

Zoiets klinkt wellicht niet direct als het beste plan, maar houdt dit eens een maand lang vol. Ik stond versteld van de resultaten. Ik werkte 270 minuten op een dag van 1440 minuten. Minder lang dan een volledige werkdag. Maar toch kreeg ik meer gedaan.

En nu jij
Door het managen van je eigen energie of dat van je werknemers, is het mogelijk meer gedaan te krijgen in minder tijd. Het geheim is eenvoudig en overal toepasbaar. Zorg voor een ruimte om te dutten en om te ontspannen. Neem echte pauzes. Zet stappen. Niet naar het koffieapparaat, maar naar ontspanning. Werk eens vanuit huis om slopende spitsuren te voorkomen. En beantwoord geen mails in de avond of het weekend.

Deze longread was van mij voor jou. Want jij, topvrouw in spé, jij moet ontspannen. Dan laad je jezelf pas echt op. En wanneer je dan aan het werk bent, kun je ook echt werken.

Voor meer informatie over slimmer, sneller en effectiever werken raad ik je aan eens een kijkje te nemen op deze website. Oh, en probeer dat niet te doen in de negentig minuten waarin je je volledig focust of in je pauze, hè. Gewoon, na werktijd. Je werkt als het goed is immers niet meer over, dus is er tijd zat voor ontspanning.

Hoofdstuk 7: Extra handvaten voor jou, topvrouw!

Zoals ik al eerder benoemde ben ik fan van Eva Jinek. Ook zij maakt zich namelijk hard voor een betere toekomst voor vrouwen. Niet alleen op de werkvloer, maar op alle gebieden in het leven. Neem eens een kijkje op onderstaande website. Je vindt hier al het wereldnieuws over vrouwenemancipatie, feminisme en vrouwen op de werkvloer.
https://evajinek.kro-ncrv.nl/onderwerpen/feminisme

In vijf afleveringen kun je twaalf topvrouwen ontmoeten die op verschillende plaatsen in de wereld hun kijk geven op cruciale thema’s over de mensheid. De vijf thema’s zijn ongelijkheid (ook op de werkvloer), leiderschap, democratie, klimaat en religie. De serie is momenteel bezig en wekelijks op televisie (NPO 2). Lees hieronder meer en/of kijk de eerste afleveringen terug.
https://portal.eo.nl/over-de-eo/pers/schema-programmas/televisie/sign-of-the-times/

Een discussie (ook wel: twistgesprek) volgen tussen een voor- en tegenstander van het vrouwenquotum? Dat kan via het NRC. Ik ben benieuwd naar jouw mening na het lezen van het twistgesprek!
https://www.nrc.nl/nieuws/2019/06/21/het-vrouwenquotum-op-de-tu-eindhoven-is-welgeen-zwaktebod-a3964650

Ben je benieuwd naar alle topvrouwen wereldwijd? En wat zij precies doen? Forbes publiceerde eind 2018 een lijst met ‘s werelds meest krachtige vrouwen, inclusief hun functie. Check de lijst hieronder.
https://www.forbes.com/power-women/list/

Wil je nog meer lezen over het vrouwenquotum en je mengen in een discussie? Klik dan even op onderstaande link. Een heerlijke, informele discussie tussen topvrouwen waar er wordt ingegaan op verschillende stellingen.
https://www.intermediair.nl/collega-s-en-bazen/vrouwen-op-de-arbeidsmarkt/topvrouwen-over-het-streefcijfer-dit-is-een-bullshit-quotum?utm_referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F

Ben je een man en kwam en las je toevallig deze longread? En wil je ook actie ondernemen? Lees dan het interview met Feike Sijbesma van DSM (het miljardenbedrijf omtrent gezondheid en voeding) eens. Hij zet zich in voor meer topvrouwen en nieuwe inzichten. Dit is hoe hij het aanpakt:
https://www.vno-ncw.nl/forum/waarom-feike-sijbesma-dsm-wel-topvrouwen-weet-te-vinden

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *